In het kader van de Veranderopgave inburgering heeft de gemeente Amsterdam een doorlopende lijn van opvang naar inburgering ontwikkeld. De gemeente begeleidt aan Amsterdam gekoppelde statushouders al in het azc, zodat Amsterdamse statushouders zo vroeg mogelijk kunnen starten met hun inburgering in de gemeente. Uit ons evaluatieonderzoek van deze aanpak blijkt dat met name de nauwe samenwerking tussen de ketenpartners (gemeente, COA en VluchtelingenWerk) de doorlopende lijn heeft versterkt. De onderdelen van de doorlopende lijn volgen elkaar procesmatig op, maar kunnen inhoudelijk nog meer op elkaar aansluiten.
De Amsterdamse Aanpak Statushouders is met name gericht op het zo snel mogelijk naar zelfstandigheid begeleiden op verschillende leefdomeinen, zoals wonen, taal, maatschappelijke participatie, inkomen, gezondheid en werk. Alle onderdelen van het inburgeringstraject, van voorinburgering tot en met de afronding van het inburgeringstraject, moeten bijdragen aan een zo effectief mogelijk inburgeringstraject en dienen logisch op elkaar aan te sluiten. De casemanager van het COA en de klantmanager van de gemeente zorgen er samen voor dat de begeleiding in een zo vloeiend mogelijke lijn verloopt.
De samenwerking en inzet van alle betrokken partijen is de positieve basis van het beleid in de praktijk: alle neuzen staan dezelfde kant op. Overdracht tussen elementen van de doorgaande lijn is versterkt door de fysieke komst van de klantmanager van de gemeente in het azc. Door de komst van de Amsterdamse aanpak starten meer statushouders met het inburgeringstraject in de gemeente terwijl zij nog woonachtig zijn op het azc. Statushouders zijn positief over de aandacht die de gemeente heeft voor hun inburgering en waarderen de losstaande elementen van de inburgering over het algemeen. Ook de eerste ervaringen met de opstartklas zijn positief.
Lees ons volledige rapport op de website van Divosa.